Een loopje over de grub!
(Over de grub is Gronings voor: over de grens)
door Lies van der Wal
Sinds begin december was ik weer geblesseerd! Ja, alweer! Wat was er nu aan de hand? Ik kon door allerlei spierverkrampingen niet meer
lopen. Ik heb drie weken met krukken gelopen en de rest van de tijd me aldoor kreupel verplaatst. Deze blessure was voor mij de ergste
die ik ooit heb gehad. Maar sinds februari ben ik weer on the move. Het zij wel wat voorzichtiger dan ooit tevoren. In maart kon ik voor
het eerst deelnemen aan de monnikenloop op Schiermonnikoog. Ik had me bij deze wedstrijd voorgenomen om de vijf kilometer in vijftig
minuten te doen. Waarom? Voor de mensen die me kennen weten dat ik direct weer moet gaan en zo snel mogelijk. Dus als ik voor mezelf
afspreek dat ik er vijftig minuten over mag doen, dan ben ik rustiger en dan kijk ik zelfs niet op mijn horloge, want dat is de moeite
niet! En dan zie je, de uitslag was 36.48! Veel sneller dan verwacht, en zo langzaam zoals het voor mij moet zijn, op dit moment. Ik had
het op Schier niet, wat je zegt, gemakkelijk! Maar met vier kilo extra lichaamsgewicht, en bijna niet meer getraind in drie maanden, was
dit niet slecht. Ik was zo blij, ik kon weer hardlopen!
Langzamerhand krijgt alles weer wat vorm. Ik kom weer constant op de dinsdagtrainingen en op een gegeven moment valt mijn oog op de
wedstrijd in Schortens Duitsland. Ik dacht bij mezelf; nu of nooit! Dus toch proberen en ik schreef me in. Dat was wederom niet
gemakkelijk. Ondanks dat heel Europa nu een Iban nummer heeft, is de overschrijving van het startgeld naar Duitsland weer een probleem.
Ik stuur dus maar een email naar de organisatie, die onmiddellijk reageert. Andreas is de man achter de organisatie, zorgt ervoor dat
ik handmatig bijgeschreven wordt, en de betaling moet dus op de dag zelf, contant. Ik ben blij en toch enigszins zenuwachtig. Ik ben nog
fragiel, zo kan je het wel stellen. Dus van dag tot dag bekijk ik de situatie en ik maak zelfs geen afspraken met Luuk om samen te
rijden. Ik krijg nog steeds therapie en de ene keer kom ik daar beter weg dan de andere keer. Maar dan breekt de zaterdag aan. De dag
voor de wedstrijd. Ik sta op en heb een zeurderige pijn in mijn linkerknie. Dat is al een tijdje zo, want als je kreupel bent belast
je de overzijde te veel. De hele dag vertelt de knie dat hij bestaat en ik maak me zorgen. Ik weet dat ik zo niet moet gaan lopen. Voor
het op bed ga smeer ik hem nog even met een zelfgemaakt brouwsel in, in de hoop dat het onder controle komt.
Zondag 6 april de dag van de wedstrijd.
We zijn om half zeven al wakker en ik spring uit bed. Mijn knie verneem ik in het geheel niet meer. Het brouwsel heeft gewerkt!
Ik speer naar beneden en maak koffie in de sterke variant. Dat is lekker wakker worden. Foeke komt even later naar de kamer en we
genieten van een paar bakjes koffie. Mijn tas was al klaar en nog even de laatste dingen doen en dan zijn we klaar voor vertrek. Het
is niet echt mooi weer want het regent in Aduard. Ik begin te twijfelen aan mijn korte broek als ik ook nog de buitentemperatuur zie.
Maar het is nog heel vroeg, dus er kan van alles gebeuren. Zoals verwacht zijn we snel over de grub en dan maak ik de route iets
toeristischer omdat we wel erg vroeg zijn. We rijden door het mooie veengebied van Oost Friesland. Het veengebied heet hier moor, en
dat is een verschrikkelijk mooi gebied. Het is als je hier komt of je een jaar of vijftig terug gaat in de tijd. Kleine percelen land
om kleine boerderijen heen. De landerijen worden omzoomd door houtwallen die goed worden onderhouden. Het ene gehucht volgt de andere
op en we genieten van het uitzicht. We zien roofvogels en reeën en soms een haas of een fazant. Wat ons opvalt, is dat er hier eigenlijk
helemaal niet zoveel paarden zijn als bij ons. In onze buurten wordt elke vierkante centimeter hobbytuin bevolkt door paarden of pony’s.
We komen erg vaak in Duitsland en ook in deze omgeving, maar het blijft leuk. Er staan ons slechts twee kleine details in de weg om
Duitsers te worden…..! (Voorlopig blijven we dus gewoon Nederlanders die regelmatig even op visite gaan bij de buren!)
We rijden langs een kerk zonder toren en keren de auto om dit nog eens duidelijker te zien. De hele toren is voor de kerk weggevallen
en laat een groot gapend gat zien. De kauwen zijn dankbaar voor het niet restaureren, want ze kunnen gemakkelijk nestelen in de gaten
die in het bouwwerk zijn ontstaan. We nemen een paar foto’s en stappen weer in de auto. Uiteindelijk rijden we om een uur of half tien
de stad Schortens binnen. Schortens is een stad, en is met twintig duizend inwoners, de een na grootste stad van Oost Friesland. De stad
staat van oudsher bekend als paardengebied, vandaar het paard in het wapen van de stad. Wat ook wel grappig is, is dat Schortens net als
Zuidhorn het rode plein heeft. Voor het burgerhuis is de Roter Platz, waar de kerstmarkt elk jaar plaatsvindt. Ook is deze plaats de
finish van de Jever-Fun-Lauf wat in deze buurt een heel erg leuk evenement is. De Jever-Fun-Lauf is een hardloopwedstrijd die wordt
georganiseerd door de grootste bierbrouwer in Oost Friesland. Op deze wedstrijd kom ik op het prikbord van de loopgroep terug!
Ik heb geen moeite om de school te vinden waar dit loopgebeuren van vandaag gaat plaatsvinden. Het is een middelbare school met
een eigen atletiekbaan! Ik parkeer de auto en we pakken onze spullen en gaan naar de hoofdingang. Daar wordt snel duidelijk dat we
in de kantine mijn startnummer moeten halen. Foeke gaat zitten op een bankje en wacht tot ik terug kom. Dat kan wel even duren
gezien de drukte die er heerst. Ik ga in de rij staan bij de voorinschrijvingen met de letters U tot Z. Eenmaal aan de beurt blijkt
dat er iets niet goed is. Andreas wordt er bij gehaald en ik ontmoet mijn emailcontact in levende lijve. Het blijkt om een oude en
uiterst vriendelijke man te gaan. Hij neemt me mee en regelt ter plekke de inschrijving zoals belooft. Ik bedank hem vriendelijk en
ik ga met mijn startnummer naar de T-shirt afdeling. Daar krijg ik mijn bestelde shirt en dan zoek ik Foeke weer op. We gaan naar de
hal en we kijken ons de ogen uit, zoveel taarten, gebak en broodjes dat eruit gestald staan. We hebben nog niet ontbeten, dus we zijn
na de reis een klein beetje hongerig. We bestellen koffie en twee broodjes tartaar met uitjes. Als klap op de vuurpijl nemen we voor
thuis een paar stukken taart mee. Kosten? In totaal € 10.50! Geen geld voor zoveel lekkers. We peuzelen alles op de trappen van de
school op, omdat het hier wat rustiger is. Dan krijg je het ritueel van mij door zenuwachtig heen en weer te lopen en maar eens naar
de wc te gaan. Om vervolgens weer te zitten en dan maar weer wat te lopen. Ach, het hoort erbij en Foeke laat me mijn gang maar gaan.
Dan, een half uur voor start breng ik mijn spullen naar een bijgebouw waar de douches en de kleedkamers zijn. Samen met Foeke ga ik
naar de atletiekbaan om daar alvast mijn warming-up te doen. Ik ren nog wat op en neer en doe rek- en strekoefeningen. Dan denk ik
dat ik er klaar voor ben. Ik vertel Foeke dat mijn vijftig minuten nu maar veertig worden en voel me fantastisch! We stellen ons
allemaal op de baan op voor de start van de vijf. Ik praat zo links en rechts met wat mensen en dan klinkt het startschot. De start
wordt niet gemeten met de chip, en dat is eigenlijk wel jammer. Als ik dat had geweten was ik verder vooraan gaan staan. Maar wat
zal het eigenlijk uit maken? Een paar seconden! Niet eens een volle minuut, want dat kan niet met slechts honderdvijftien mensen. De
eerste meters gaan over de atletiekbaan en dat loopt heerlijk! Dan moeten we eraf en gaan langs de baan over straat naar de uitgang
van het sportpark, de stad in. Maar niet het soort de stad in gaan wat ik normaal doe. We rennen een nogal dure woonwijk in. Ik zie
verschrikkelijk mooie huizen en denk aan de Flodderfilm met de wijk Zonnedael met zijn mooie optrekjes. Voor de huizen staan
natuurlijk ook prachtige auto’s waar ik best mee wil ruilen. De tuinen zien er goed verzorgt uit en hebben opvallend veel soorten
coniferen, buxus sen en heesters. Ze zijn vaak mooi geschoren en het omringende gazon is glad, alsof er iemand met een nagelknipper
bij langs is geweest. We komen op een gegeven moment uit op de hoofdstraat en dus ook langs een paar winkels. Het is van korte duur
en wederom gaan we weer een dure woonwijk in. Ook hier hetzelfde beeld van huizen, tuinen en auto’s. Maar dit is gezien de straatnamen
wel een bijzondere wijk. Het is namelijk de eilandenwijk gezien de straatnamen. BorkummerStraße, WangeroogerStraße , NordstrandStraße
en HelgolandStraße zijn de straatnamen die me even opvallen. Aan het eind van de WangeroogerStraße gaan we weer naar rechts over de
weg van het oude klooster. Nu is het een fietspad waarover we lopen en ik zie dat we er al drie km op hebben zitten. Dat valt me erg
mee en ik kan de snelheid behouden en spiek even op mijn horloge. Die aanblik op mijn klokje stemt me goed en vrolijk ren ik verder.
Ook tijdens deze loop is het niet zoals bij ons dat vrijwilligers de straten afzetten, maar de brandweer is met deze taak belast. Ze
zijn ook gewoon in hun brandweer pakje aan, aan het weg afzetten. En overal staan de brandweerauto’s met zwaailichten aan. Ze wijzen
ons de weg linksaf en we rennen nog steeds over het fietspad. Er komt een klein jongetje me voorbij rennen, en even sta ik in de
verleiding om hem weer in te halen. Ach, ik laat hem maar begaan en versnel niet meer. Ik weet dat ik al sneller ben als op Schier
dus eigenlijk is mijn missie geslaagd! Bijna aan het einde van de straat heb je links het uitzicht op de atletiekbaan. Een man en
vrouw die naast me lopen zeggen tegen mij dat ik niets moet zeggen en dat ze binnendoor gaan. Dat doen ze natuurlijk niet en we lachen
samen om die grap. Ze lopen ook sneller als mij en gaan dus ook verder zonder mij. Het maakt mij niets meer uit, ik weet dat het
einde in zicht is. We gaan de baan weer op voor de finale. Ik ren nog steeds lekker en ik voel me te gek! En daar is Foeke en de
eindstreep, ik weet niet wat ik leuker vind om te zien. Beide is goed. Foeke maakt nog een paar foto’s en ik ga over de lijn. Ik
zie een goede tijd voor mijn revalidatie en ik ben gelukkig. Dan nog snel drie bekers drinken wegslokken en naar de douches! Daar
staat me weer een mooie verrassing te wachten. Het is deze keer een erg kleine kleedruimte met ernaast een douchevertrek. En dat is
lachen! Die had ik nog niet eerder gezien. Een vierkante ruimte met een soort van totempaal in het midden. Aan de paal zitten zes
kranen en douchekoppen. Je staat met z’n zessen rond een paal te douchen. Oké, dat kan dus ook! De douche heeft twee standen. Gloeiend
heet of ijskoud, meer smaken zijn er niet. Zoals de meesten kies ik toch voor heet en vind het eigenlijk ook wel weldadig zo heet.
Tijdens het hardlopen was het gaan miezeren en ik was toch iets koud geworden. Na het douchen, aankleden en mijn Foeke maar weer
opzoeken. We lopen weer naar de auto en rijden naar de eerste cache. We doen altijd op nieuwe plaatsen geocaching om onze score
daarvan ook op peil te houden. We vinden er twee op leuke plaatsen en dan rijden we door naar Schillig. Daar wordt in de zomer nog
een mooie crossloop gehouden en daar zou ik al twee keer eerder heen. Helaas kon dat niet doorgaan, maar nu wilde ik het gebied wel
even zien. Daar aangekomen blijkt het toch wel erg mooi te zijn en ik denk dat ik daar dit jaar toch maar eens heen moet om te
lopen……
We eten daar een halve kip en besluiten om huiswaarts te keren.
Ik kan weer terug zien op een hele mooie loop en een goede tijd.
Persoonlijk loop ik liever niet door een stad maar liever buiten de bebouwde kom. Maar deze keer werd goed gemaakt door de mooie
optrekjes. Op naar de volgende loop!