Nieuws
Over ons
Loopclinic
Trainingen
Duurlopen
Loopagenda
Contact
Ledeninformatie
Sociale Media

 

Alleen voor leden:
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Wachtwoord vergeten?

Marathon van Rotterdam 13 april 2008

door Katharina Boels

Op 13 april heb ik mijn vijfde marathon gelopen en zelfs een PR gehaald. Ja, het kan vreemd lopen, óók in de hardloopwereld van een amateur! Hóe vreemd, dat lees je in dit verslag.

In januari van dit jaar besloot ik te gaan trainen voor de marathon van Rotterdam. Ik liep sowieso de periode ervoor al veel dus mijn uitgangspositie was gunstig. Bovendien kreeg ik onderhand zin om me ergens specifiek op te richten. Toen ik ook nog de oproep van Koos las om je aan te melden voor deze marathon waarna hij zou kijken of we gezamenlijk de reis naar Rotterdam zouden kunnen maken, was de beslissing snel genomen.

Vol positieve energie begon ik aan mijn marathontraining. Ik was in oktober vorig jaar in de sportschool begonnen met crosstraining en fitness. Ik had namelijk in ‘Atletiek’ gelezen dat een dergelijke training een goede ondersteuning zou zijn bij het hardlopen.

In het begin ging de voorbereiding goed: ik liep lekker en de afwisseling van lopen en de crosstraining beviel goed. Ik had het idee dat ik door deze combinatie sterker werd.

Maar in februari ging het mis. Mijn linkerkuit speelde op. Iedere keer wanneer ik in een training versnelde, voelde ik mijn kuit. En die pijn werd steeds heftiger. Ondertussen trainde ik gewoon op volle kracht door. Ik deed weliswaar geen versnellinkjes meer om mijn kuit te ontzien maar voor de rest trainde ik enthousiast door. Dat enthousiasme werd in de weken erna steeds minder. Ik liep niet lekker meer en ik was moe. Moest me steeds vaker er toe zetten om te gaan lopen. Ik had er steeds minder plezier in. En wat was ik moe!!!

Ik besloot een bezoek aan de fysiotherapeut te brengen. Ik legde uit wat er aan de hand was. Paul Kocken stelde een behandeling van een aantal weken voor. Ondertussen trainde ik door. Weliswaar minder intensief maar toch…! En ik liep echt niet lekker. Steeds vaker zag ik op tegen het hardlopen, iets wat ik tot nu toe niet kende. Ik wilde altíjd wel lopen. Maar nu niet. En toch moest en zou ik trainen. Ik voelde me steeds vermoeider worden. Het stukje van Gerrit in “De Rode Loper” over overtraindheid, opende mijn ogen. Ik was overtraind! Tijd om orde op zaken te stellen. Wat wílde ik nu eigenlijk? Waarom was ik 5,5 jaar geleden begonnen met hardlopen? Wat wilde ik uiteindelijk met hardlopen? Ik zei altijd dat het plezier dat hardlopen me geeft, voorop moest blijven staan. Maar ik hád er helemaal geen plezier meer in. Ik vond het alleen maar zwaar en ik móest van mezelf. Ik besloot dat ik dit niet wilde. Eindelijk kon ik het besluit nemen om de marathon te laten schieten en tóen pas merkte ik wat een last van mijn schouders viel: ik hoefde niet meer!!!

Een week later was ik opnieuw bij Paul voor de behandeling van mijn kuit. Ik vertelde hem dat ik niet naar Rotterdam zou gaan omdat ik overtraind was, mijn trainingsschema niet meer volgde en dat ik nog geen lange duurlopen had gedaan. Volgens hem liet ik me te veel leiden door mijn trainingsschema en luisterde ik onvoldoende naar de signalen van mijn lichaam. Met mijn loopconditie kon ik volgens hem best de marathon uitlopen ook al zou ik de laatste weken amper meer iets doen. “Je loopt dan misschien geen goede tijd”, zei hij, “maar je kunt hem best uitlopen”. Ja, en toen begon het toch weer te kriebelen. Ik hóefde natuurlijk geen goede tijd te lopen. Bovendien was het toch óók leuk om samen met andere lopers van de loopgroep zo’n trip te maken. En dus besloot ik de dag erna tóch de marathon te gaan lopen maar nu zonder mezelf enige druk op te leggen. En dat voelde goed!! Ik had er weer zin in. Ik zou rustig lopen en als het niet ging, zou ik uitstappen.

De laatste weken van voorbereiding verliepen nu heel relaxed. De ene keer liep ik lekkerder dan de andere keer maar ik maakte me er niet langer druk over. Ik zou het allemaal wel zien.

Eindelijk was het zover. Zondag 13 april. De loopomstandigheden waren prima. In alle vroegte vertrokken we met de bus naar Rotterdam. Bijna kwam er bijna nog een klink in de kabel. In Rotterdam pakte ik de verkeerde tas uit de bus en ging op weg naar het gebouw waar we de startnummers konden ophalen. Onze bus reed een eind terug om voor die dag een parkeerplaats te zoeken. Toen we bijna er bijna waren, werd ik door Michael op mijn schouder getikt. “Je hebt mijn tas meegenomen”, zei hij. En ja, toen zag ik het ook. De tas aan mijn schouder was niet van mij. Mijn sporttas lag nog in de bus, bleek. Op dat moment sloegen paniek en stress toe. Gelukkig bood de vrouw van Philip die als supporter meeging, aan mijn sporttas op te halen. Ontzettend lief van haar, nogmaals bedankt!! En zo verscheen ik op de valreep toch nog aan de start.

De rest is gauw verteld. Ik liep lekker en voor het eerst tijdens een marathon liep ik echt mijn éigen tempo. En dat bleef ik doen. Na 30 kilometer werd het allemaal wat moeilijker maar ik kon gelukkig op dezelfde hartslag doorlopen. Ja, en bij het 40 kilometerpunt realiseerde ik me dat er wellicht tóch een PR in zat. Gelukkig had ik voldoende energie over om iets te versnellen. Uiteindelijk finishte ik in 4.07.55. Een PR!!

 










Privacy & Disclaimer voor het laatst gewijzigd op 2020-11-12 20:43:29