Nieuws
Over ons
Loopclinic
Trainingen
Duurlopen
Loopagenda
Contact
Ledeninformatie
Sociale Media

 

Alleen voor leden:
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Wachtwoord vergeten?

Berenloop 2018 (you can`t win if you don`t play)

door Coos Datema

Al lang stond de Berenloop 2018 in mijn agenda. Al sinds de editie van 2015 had ik deze Berenloop uitgekozen om te lopen. Ik had in 2015 mijn PR op de marathon gelopen, maar ik zat niet eens bij de eerste 30 van mijn leeftijdscategorie. Als ik mijn tijd in de 60+ categorie had behaald, had ik kort in het klassement gestaan......

In de tussenliggende jaren heb ik wel wat wedstrijden gelopen, maar echt beter werd het er niet op. De sleet kwam er wat in. Op Terschelling in 2016 heb ik nog een nette 3:54 gelopen, maar verder gleed ik wat af. Zou het toch echt de leeftijd zijn? Ondertussen was Kees bezig met zijn project van de Comrades Marathon. In de voorbereiding liep hij de ene na de andere toptijd. Ik informeerde maar eens naar zijn bron van zijn succes en dat bleek een trainer en inspanningsfysioloog uit Gasteren te zijn.

Ik besloot ook met deze man in zee te gaan. Na de intake werd ik getest. Het resultaat streelde mijn ijdelheid bepaald niet. Te zwaar voor een sporter, VO2max bepaald niet hoog en een niet al te groot bereik in hartslag om in te trainen. Uitdagingen genoeg dus. Ik kreeg wekelijks of tweewekelijks een schema dat ik moest volgen. Langzame duurlopen, snellere duurlopen, vaartspeltrainingen, extensieve intervallen en intensieve intervallen. Weken met veel omvang en weken van intensiteit wisselden elkaar af. Het prettige was dat alles in tijd werd aangegeven in plaats in (kilo)meters. Ik werd sterker en ging met redelijk vertrouwen naar Terschelling. Alleen was ik wat onzeker, omdat ik lang geen serieuze wedstrijd had gelopen.

Goed voorbereid reisde ik samen met Corry en Kees voor een dag naar Terschelling. Na aankomst gingen we meteen naar de sporthal om de kleding in orde te brengen. Na de deelnemers van de halve uitgezwaaid te hebben, kon ik mij opmaken voor de start. Ik warmde me wat op, had een kort gesprekje met Harm Noor en kort daarna schoot Jan Kooistra van SV Friesland ons weg. Ik ging zoals vaker met een marathon weg op 3:45, dat betekent ongeveer 5 minuten en 20 seconden per kilometer. Ik liep ongeveer dat tempo, maar de bijbehorende hartslag baarde me wat zorgen. Steeds een paar slagen per minuut hoger dan ik normaal heb bij dat tempo heb. Ik wist als ik in dit tempo zou blijven lopen, dat ik na 30 kilometer de rekening hiervoor gepresenteerd zou krijgen. Ik besloot toch in dit tempo door te lopen en dat als het moeilijk zou worden en de pijn zou komen, ik sterk zou zijn en tot het uiterste zou gaan. Ik had de avond ervoor de Barkley Marathons gekeken en een on-liner was me bijgebleven: als je niet kunt falen, kun je ook geen succes hebben.

Dus liep ik door in een tempo zo rond 5:20 en het voelde goed. Heerlijk weer, goede verzorging en een prachtig eiland. Ik wist weer waarom de Berenloop de mooiste marathon van Nederland is. Elke vijf kilometer verorberde ik een gelletje, dronk ik sportdrank en water. Bij kilometer 28-30 begon het wat zwaarder te worden. Dit had ik verwacht en ik gaf niet toe. Doorlopen en niet zeuren. Ik had het immers zelf veroorzaakt? Op het strand ging het verbazingwekkend goed. Dat lag deels aan het strand, de organisatie had het vlak geschoven en het liep er lekker. De laatste 300 meter en de strandopgang waren verschrikkelijk. Even wandelen tot de betonplaten en dan snel door naar de waterpost. De 3:45 was inmiddels buiten bereik en het doel werd nu de schade te beperken. Op de Longway was het een lint van uitgeputte lopers. Niemand zei meer iets, ik werd niet meer ingehaald en ik haalde ook (bijna) niemand meer in. Ik had nog een redelijk tempo, totdat de kramp erin schoot. Ik had dit eerder verwacht, maar na 39 kilometer begon die ellende toch. Ik had me voorgenomen niet te gaan wandelen, dus deed ik dat ook niet. Ik nam kleinere passen en zo kon ik verder. Het tempo ging er wel wat uit, maar was nog steeds ruim onder de 6 min/km. Toen ik speaker Jan Kooistra van de laatste kilometer gepasseerd had, nam de kramp de regie over mijn beenspieren over. Volstrekt willekeurig zetten mijn voeten zich op de grond. Met een van pijn vertrokken gezicht liep ik door de straatjes van West-Terschelling. Wat een sfeer, wat een aanmoedigingen. Een verkrampte lach kon er nog net af toen ik de finish passeerde. 3 uur 48 minuten en 49 seconden. Mijn vijfde tijd ooit. Een marathon die mij lang zal heugen: goed getraind, een wat hoge hartslag, lekker aanvallend gelopen, op het eind geknokt en uiteindelijk helemaal leeg over de finish.

 










Privacy & Disclaimer voor het laatst gewijzigd op 2020-11-12 20:43:29